door Evelien Verstraeten

Eerst verschenen in De Wereld Morgen op 20 mei 2015

Wat als we met z’n allen beslissen dat niet de economie ons bepaalt, maar dat wij de economie zijn? Vorig jaar reisde journaliste Tine Hens door Europa, op zoek naar een antwoord op die vraag. Denen, Grieken, Britten of Portugezen, allemaal vertelden ze over een alternatieve economie, een nieuwe democratie en hun ‘klein verzet’. Dat is ook meteen de titel van Hens’ nieuwe boek dat vandaag verschijnt. DeWereldMorgen.be had een gesprek met de auteur.

Tine Hens (40) is historica en werkt als freelance journaliste voor Knack Focus. We spreken af in het Openbaar Entrepot voor de Kunsten (OPEK) in Leuven, waar ze volgende week haar tweede boekvoorstelling van Het klein verzet geeft. “Spannend”, lacht ze, toch wel wat zenuwachtig.

Haar enthousiasme is groot en net daarin schuilt haar boodschap. Als tiener was ze lid van de Jeugdbond voor Natuur en Milieu, maar daar heerste moedeloosheid: “We voerden actie, maar na een tijd geloofden we niet meer dat we iets konden veranderen. Er was altijd weer een ander probleem dat om aandacht schreeuwde.”

Breken met neerslachtigheid

Hens wil breken met de neerslachtigheid in de maatschappij: “Ook vandaag worden we ontmoedigd om te dromen en te geloven dat het beter of anders kan. ‘Er is geen alternatief’, klinkt het. Ik wil mensen net het gevoel geven van: ‘We kunnen het allemaal!’ Misschien ga je het resultaat van datgene waar je mee bezig bent niet merken, maar je moet het ook niet onmiddellijk groots zien. Als je alleen naar het grote doel in de verte kijkt, dan kan je niet anders dan ontgoocheld afhaken. Iets doen is belangrijker dan niets proberen. Hoe klein die daden ook zijn. Dat is wat ik wil vertellen, dat is mijn klein verzet.”

Groeigedachte loslaten

Op je reis door Europa bezocht je burgerinitiatieven die ingaan tegen het gangbare economische denken. Geloof je echt dat klein verzet een nieuwe wereld kan openen?

“We gaan er altijd vanuit dat grote veranderingen grote daden nodig hebben. Maar als je kijkt naar revoluties en evoluties in de geschiedenis, dan zijn de details minstens even belangrijk. Klein verzet gaat over die details. Bijvoorbeeld je fiets nemen in plaats van je auto, een ladder lenen in plaats van er een te kopen of gewoon je aardappelboer leren kennen. Zulke kleine handelingen en keuzes gaan in tegen het mainstream economisch denken.”

“Als je het hedendaagse discours mag geloven, is er maar één mogelijke werkelijkheid: die waarin economische groei allesbepalend is. Toch ben ik er sterk van overtuigd dat het bevrijdend is om die groeigedachte los te laten. We moeten niet voor méér gaan, maar voor beter.”

Langs de andere kant heeft die groeigedachte ons wel heel veel welvaart opgeleverd.

“De vraag is: welke prijs hebben we daarvoor betaald? Niet alleen hier in het Westen, maar zeker in het Zuiden. Het kapitalisme heeft veel kapot gemaakt. Denk maar aan de ecologische parameters die in het rood schieten. Maar er zijn bijvoorbeeld ook nog nooit zo veel burn-outs geweest. Dat zijn elementen die erop wijzen dat het huidige systeem op zijn einde loopt. In plaats van daaraan te sleutelen is het misschien interessanter om met iets anders te beginnen.”

“Er zijn al verschillende modellen voorhanden die een alternatief bieden op het kapitalisme. Dat gaat dan over de economie van ‘het goede leven’, waarbij de focus minder ligt op het egoïsme in ieder van ons en meer op samenwerken en delen van kennis en spullen. Mensen hebben er nood aan om samen te komen. Als je die krachten als basis van de economie neemt, dan krijg je een heel werkbaar, inclusief model. Die burgereconomie groeit van onderuit en is erg laagdrempelig. Iedereen kan deelnemen op zijn manier en de centrale vraag is: ‘Wat kunnen wij allemaal?’ Soms zijn dat stomme dingen zoals een fiets herstellen, maar net dat is verrijkend. Misschien is dat naïef, dromerig of utopisch. Maar ik ben een fan van utopieën.”

Burgerbewegingen

Enkele van die utopieën heb je in Griekenland gezien. In Thessaloniki beslisten de burgers bijvoorbeeld om het heft zelf in handen te nemen.

“Dat gebeurde daar uit pure noodzaak, want de crisis hakte er zo diep in dat veel mensen uit de boot vielen. Aan het begin van de crisis had je bijvoorbeeld de aardappelbeweging. De bedoeling was dat de boeren hun producten rechtstreeks aan de consument verkochten. Ik wilde een van hun marktjes bezoeken, maar er was een wet uitgevaardigd die het pop-up idee van een boerenmarkt verbood.”

“Als antwoord, en dat is waarnaar ik op zoek ben gegaan, hebben een aantal professoren uit Thessaloniki een coöperatieve supermarkt opgericht. Daarmee geven ze de boeren een officiële plek om hun producten aan te bieden. De kracht en de vindingrijkheid van al die mensen heeft me dikwijls ontroerd.”

“Thessaloniki is een stad van beton en asfalt, je hebt er nauwelijks groen. Maar dan heb je Perka, een burgercollectief dat verlaten militaire domeinen tot groententuinen omtovert. Dat waren verharde, onbruikbare terreinen, maar toch hebben een aantal burgers doorgezet en zijn ze stenen uit de grond beginnen te halen. Nu kweken ze er hun eigen tomaten en aubergines en bewaren ze er hun eigen zaden.”

Voedsel als begin

Bij het lezen van je boek viel het me op dat alles bij voedsel begint. De moestuinen rond het oude Crystal Palace in Londen, de supermarkt in Thessaloniki. Stopt het verhaal daar of gaat het nog verder?

“Het is een domino-effect. Vaak begint het bij eten en deint het verder uit naar bijvoorbeeld een grasmachine delen. Dat kan met je buurman, maar ook via websites als peerby. Vervolgens zijn er mensen die zelf hun elektriciteitsproductie in handen nemen.”

“In Hamburg bijvoorbeeld hopen een aantal bewoners van de Altonawijk een oude bunker om te bouwen tot een energiecentrale. Daarnaast willen ze aan de andere kant van de bunker een centrum voor een nieuwe economie bouwen, met ruilinitiatieven en herstelateliers. Het project is er nog lang niet en het is ook niet zeker of het er ooit zal komen. Maar er is rond die grote, lelijke bunker een dynamiek ontstaan. Mensen komen er samen, leren elkaar kennen en wisselen nu al spullen, talenten of kennis uit.”

Zulke initiatieven ontstaan dus niet alleen in Zuid- Europa. Ik zag dat jullie in de gemeente waar je woont ook een repair café organiseren en een geefwinkel hebben geopend.

“Het zijn initiatieven van Transitie Herent, een groepje burgers dat een praktisch antwoord probeert te vinden op de klimaatopwarming en op het besef dat de overgebleven fossiele brandstoffen maar beter in de grond blijven. De nadruk ligt daarbij op kleine acties in de buurt en de lokale economie. Dankzij die acties leer je mensen op een andere manier kennen. De geefwinkel is zo’n plek van ontmoetingen van verschillende sociale lagen, die elkaar in onze samenleving niet vaak meer ontmoeten.”

Onzichtbaar maar overal aanwezig

Je schrijft dat je thuis kwam van je reis met nieuwe moed en frisse ideeën, maar dat de resultaten van de federale verkiezingen een heel ander beeld opwierpen. Zijn het dan niet slechts een paar enkelingen die alternatieve paden willen bewandelen?

“Het is soms niet zichtbaar, maar het zit overal wel een beetje. Ik zag op een bepaald moment mijn omgeving veranderen. Mensen die voordien helemaal niet met ecologie bezig waren, vonden plots dat het zo niet verder kon. Er is een veelheid aan projecten en initiatieven van mensen die het anders willen doen. Ik was verbaasd en blij verrast om dat ook in de rest van Europa te zien.”

“Er ontstaan enerzijds kleinschalige burgerinitiatieven rond voedsel en energie, maar je vindt ook mensen die een hele industrietak willen hertekenen. De Nederlandse architect Thomas Rau bijvoorbeeld zit in de reguliere economische omgeving, maar van daaruit beïnvloedt hij zijn leveranciers. Zo vraagt hij geen lampen aan Philips, maar licht. Rau huurt de lampen, maar Philips blijft verantwoordelijk voor zijn product. De producent heeft er dan ook alles bij te winnen om zijn product zo te maken dat het volledig hergebruikt kan worden. Op die manier probeert Rau de circulaire economie te versterken.”

Meer informatie over Het klein verzet en de boekvoorstellingen vindt u op de website van uitgeverij EPO.

Evelien Verstraeten

Leave A Comment

Your email address will not be published. Required fields are marked *